De 60 van Texel!

5e column van Christiaan 

De 60 van Texel!                                        

Het mooiste en ook meest dramatische wat ik ooit heb gedaan aan hardlopen was, zonder twijfel, “Rondje Texel” op 17 april 2017. Nu alweer bijna vier jaar geleden. Wat was dat dramatisch en mooi tegelijk! Dramatisch was de pijn, aangezien die 60km mijn eerste en tot  nu toe enige ultrarun is geweest; ik kende alleen de marathon, de 42,2km. Maar voorbij de 42,2km was ik tot die ‘60 van Texel’ nooit geweest. Bovendien had ik in mijn trainingen in 2017, op weg naar de 60km van Texel, ook nooit boven de 35km getraind. Ik heb toen een aantal keren 30km gelopen op een verloren zondag en tenminste een keer 35km. Maar de marathon was de langste afstand en daarmee ook het meest pijnlijke qua ervaring, aan de start van de ‘60 van Texel.’ En het was gelukkig een mooie, zonnige dag, die 17 april 2017. Sterker nog, het was Tweede Paasdag, een maandag. Ik had die dag maar één missie: mijn eerste 60km uitlopen en proberen het hele eiland te zien en er ook nog eens van genieten!   

Zonder er aldus specifiek voor te hebben getraind reisde ik dat weekend op vrijdagochtend al met mijn gezin af naar Den Helder, namen wij de boot naar Texel en hadden wij dus het hele weekend om daar alvast te genieten. En dat heb ik dan ook echt gedaan: wij hebben lammetjes geknuffeld, Ecomare bezocht (vaste prik als wij op Texel zijn), het maritieme museum Kaap Skil bezocht in Oudeschild, de haven bezocht, terrasje gepakt, Texelse biertjes gedronken etc. In de avond, als de kinderen op bed lagen, las ik in een boek ter ontspanning. Ik had al een ticket, maar moest het nog afhalen en op zaterdagmiddag haalde ik het af bij herberg Stay Okay; ik kwam nog wat bekende lopers tegen, waaronder Ron de Moel, de altijd goedgemutste trainer Joop Engelen (wat een mooie man!) en Naomi, een heel sterke loopster die de 60 al een keer had gedaan en dus wist waar zij het over had. Wij dronken koffie daar buiten op het terras en hadden het over de aanstaande 60km op Tweede Paasdag.

Toen ik mijn startnummer afhaalde passeerde ik een stoere, pezige man met lang haar en grijs baardje, die zijn eigen boek aan het signeren was. Ik werd nieuwsgierig en zag dat het een hardloopboek was. Het bleek een boek met columns en verhalen van ultraloper Ron Teunisse: ‘De koerier die nergens bij hoort' geschreven in 2010. Ik wist toen nog niet wie Ron Teunisse was, had mij ook nog niet in ultralopen verdiept; ik heb toen vanaf die zaterdagavond zijn verhalen met veel plezier gelezen. Heel leuk dat hij signeerde en uiteraard liet ik mijn exemplaar ook signeren door hem: “Voor Chris! Succes met de 1e 60 en vele goeie kilometers. RON” heeft Ron geschreven op blz.1. Prachtige verhalen, vlijmscherp, met een kritische blik op mens & maatschappij. En Ron spaart ook zichzelf niet. Het meest ontroerende is het woord vooraf van die andere fantastische ultraloper, Jan Knippenberg:

“Ooit loop ik weer een stukje met je op Teun (Teunisse red.). Samen. Net als die eerste keer in de duinen van Castricum. Net als die laatste keer over de Hogeberg op Texel. Bedankt voor al die schitterende kilometers en al je geouwehoer.” Jan Knippenberg (1948- 1995)

Zonder deze twee klasbakken van de ultraloop, zou ‘de 60 van Texel’ er wellicht nooit van gekomen zijn. Ik heb begrepen dat deze ultraloop een ode aan de nagedachtenis van Knippenberg is. Jan Knippenberg was een pionier op het gebied van ultralopen en ik zag een keer een prachtige terugblik bij ‘Andere tijden sport,’ waar de aflevering ging ging over een monumentale prestatie van Knippenberg: bij wijze van persoonlijke uitdaging had hij besloten om van Hoek van Holland naar Stockholm hard te lopen in 1974 en over die afstand van 1600 km deed hij 18 dagen. Hij finishte in het stadion te Stockholm. Ik vond dat prachtig om te zien achter mijn oude PC op zolder; vooral de bewegende beelden van Knippenberg, hardlopend ergens tussen de eindeloze kilometers van Hoek van Holland en Stockholm in…

Mijn eerste 60km op Tweede Paasdag verliep prachtig en pijnlijk tegelijkertijd. Ik had mij voorgenomen om echt rustig aan te doen, geen enkele versnelling, alsof ik een vertraagde marathon zou lopen, maar dan na de 42,2km + 18km verder! Het was in het begin best vreemd: tijdens mijn geslaagde marathons de afgelopen jaren, moest ik nog aardig doorlopen om gemiddeld 4:15 p/km te lopen. Maar tijdens mijn eerste en tot nu toe enige ultrarun moest ik met de handrem erop lopen; 6:30, 6:45 p/km gemiddeld. Het inhouden en het sparen van al je krachten is dan zo belangrijk. Want na 30km ‘begint’ het pas, net als bij de hele marathon, maar nu nog extremer. Elke kilometer die je dan in principe ook maar iets te hard liep, krijg je dubbel en dwars terug. Ik moet zeggen dat die missie van mijzelf inhouden best aardig lukte. Ik spaarde mijzelf, genoot vooral van de prachtige natuur om mij heen: de pittige, lange stukken strand langs de Noordzee op de heenweg; eindeloze kilometers leken het! De Noordzee was ruig met hoge schuimkoppen; het had een hypnotiserende werking op mij en zo kwam ik vrij makkelijk die lange, trage kilometers door. Rond de 30km, precies op de helft, rondde ik de vermaarde vuurtoren in de Cocksdorp. In mijn herinnering was dat nog mooier dan het toen in werkelijkheid ook al was.

Op dat moment, vanaf 30km, begonnen de benen wel wat zwaarder te worden en er enige pijn op te komen. De zon scheen, talloze schapen graasden luidkeels op de vele weilanden en op de dijken. Ik liep stug door. Het mooiste waren natuurlijk de toeschouwers langs de weg, die ons ook luidkeels aanmoedigden. In mijn herinnering waren er ook van die lange, trage stukken, eindeloze kilometers, waar geen enkele toeschouwer was; zogenaamde stukken ‘niemandsland.’ Ach, het was niets vergeleken bij de 120km, die ook werd gehouden tijdens de ’60 van Texel.’ Ik deed de helft, een ultra-light run en de echte ijzervreters deden de 120km. Dat is dus 2x het eiland ronden i.p.v. 1 x. Ik moet er niet aan denken. Maar als je ultra echt leuk vindt, dan ga je natuurlijk wel voor de 120km. De ijzervreters van de 120km starten in het holst van de nacht, met van die mijnwerkerslampjes op hun helmen. Wij van de 60km kwamen nog een aantal van die ‘eenzame helden’ tegen, die tegen ons in liepen en bezig waren met de 2e ronde van 60km. “Dan valt de 60km nog mee,” dacht ik toen, maar eerlijk gezegd moest ik ook grenzen van mijzelf opzoeken en eroverheen, na de mij bekende 42,2km.

De laatste 10km waren pittig, loodzwaar. Je weet dat je in de buurt komt van de finish, maar je bent er nog niet, nog lang niet. Het was zwaar afzien. Nu kan ik er om lachen en vind ik het prachtig, toen bijna 4 jaar terug, moest ik er keihard voor werken. Ik kwam nog een leerling van mij tegen uit Amsterdam, op de fiets en hij fietste nog een stuk mee; dat was erg prettig zo rond de 55km. Zijn vader liep ook de 60. Ik herinner mij nog dat er een pittige zij- of zelfs tegenwind stond, dat laatste stuk en dat maakte het nog wat zwaarder. Maar goed, uiteindelijk komt aan alles een einde, ook aan deze eerste 60km. De finish was uiteraard heel fijn en er was veel volk op de been, aan het einde van de middag. Mijn gezin stond er ook en na de finish liet ik mij graag ondersteunen door hen. We reden terug naar ons huisje, ik dronk een Texels bier om mijn eerste ultrarun te vieren, Skuumkoppe uiteraard en daarna pakten wij een late boot terug naar Den Helder.

Ik denk er graag aan terug. Het was een persoonlijke uitdaging en na vele marathons zocht ik weer eens iets anders, een langere run. Ik dacht aan een 100km, maar twijfelde daar erg over. Dat was wel gelijk heftig ten opzichte van wat ik al kende, de marathon. De 60km van Texel zat daar mooi tussenin. Vanwege het toch zware parcours is dit een echt pittige run hoor. Ik las op de website dat de ‘60 van Texel’ dit jaar uiteraard niet doorgaat vanwege corona. Maar de bakens zijn verzet naar volgend jaar, maart 2022 i.p.v. april 2021. Ik zit er nu al aan te denken om dan weer van de partij te zijn en nogmaals de 60km van Texel  aan te gaan. Ik raak nu al in vervoering als ik denk aan de lange stukken strand, de woeste schuimkoppen aan de Noordzeekant op de heenweg, de meereizende meeuwen, de stukken bos en duin, de prachtige vuurtoren in de Cocksdorp rond de 30km en daarna de eindeloze dijken aan de Waddenzeekant op de terugweg. Ik ga mij weer inschrijven. Ik zal er zijn dan, in 2022!

Voor mijn geestesoog zie ik mijzelf weer aan de finish na 60km, maar dan in 2022, voor de 2e keer. En ik zie ook Ron Teunisse en Jan Knippenberg bij de finish staan. Zij lachen naar mij en drinken een Skuumkoppe met mij. Wat een mooi visioen! Op naar de 60 van Texel in 2022!  

Om af te sluiten met een mooie quote van brombeer Ron uit zijn boek dat ik verslond op Texel: “Als ik loop voel ik me beroerd, maar als ik niet loop nog beroerder.” Daar ben ik het zo mee eens!

 

 

 

 

 

 

Blog Overzicht