De lokroep van de zee

Hardlopers aan het strand

1e column van Christiaan van de Bruinhorst

Als hardloper vind ik het onwijs fijn om op zondag eens in de maand een lange afstand te lopen vanuit mijn woonplaats Alkmaar, via Bergen en het PWN-natuurgebied (de duinen) naar Bergen aan zee; liefst 25, soms 30km. Als kind groeide ik op in Bergen en elke zomer was ik daar aan zee met mijn familie; mijn ouders huurden jarenlang zo'n strandhuisje waar je je spullen kunt opbergen.

Ik denk nog vaak terug aan die gelukkige zomers van mijn jeugd: lekker zwemmen, spelen op het strand, lange wandelingen maken en de boel verkennen; in de verte turen aan zee en schepen spotten. In mijn fantasie zag ik dan wel eens iets mysterieus in de zee en meende dat dat een zeemeermin kon zijn; in de diepte van de Noordzee zwommen mogelijk vele mysterieuze zeemeerminnen.  Iedere keer als ik daar ben, aan zee, voel ik mij weer een beetje kind, op vakantie. Ik voel mij dan gewoon onwijs gelukkig. Eens in de maand of soms een paar keer per maand ben ik daar als hardloper, pal naast de branding, in een soort roes, een trance; ik hoor dan de meeuwen, hoor het mysterieuze ruisen van de zee, zie de rustgevende golven. Als ik het strand oploop via afgang Noord heb ik al 13km erop zitten; dat zijn genoeg kilometers om in zo'n fijne trance te geraken. Ik ben dan als hardloper al lopende aan het mediteren, althans zo voelt het aan; ik luister naar de natuur om mij heen; in mijn fantasie zie ik nog steeds wel eens de schaduw van een zeemeerminnenstaart, wegduiken in de golven en schuimkoppen van de Noordzee. Maar ik stop nooit en loop altijd stug door, wat er ook moge gebeuren. Als hardloper stop ik echt nooit.

Ik noem het “de lokroep van de zee” als ik daar heenloop; als ik het Bergerbos heb gehad en bij skibaan Il Primo het PWN-gebied inloop, dan voel ik mij al heel blij worden. Wetende dat Bergen aan zee in de buurt is; ongeveer 5 kilometer verder zal ik de zee zien, de zee ruiken en de zee voelen. Ik denk dan weer sterk aan mijn jeugd, aan het heden, aan de toekomst, aan alle keren dat ik daar aan zee was, ben en zal zijn. Ik denk dat ik nooit gelukkiger zal worden als hardloper dan daar aan zee, of ergens anders aan zee; in ieder geval ergens ter wereld aan zee. Ik heb ooit hardgelopen op Mission Beach in Australië en vond dat fantastisch mooi. Aan zee, vroeg in de morgen. Ik heb ook een keer de 60km van Texel gelopen, mijn enige ultrarun tot nu toe, en vele kilometers aan zee gelopen. Ook dat was heerlijk, meditatief, rustgevend. Van de nabijheid van de zee en haar lokroep word ik aldus zielsgelukkig.

Ik zou een ieder van harte kunnen aanraden om  als hardloper op het strand te lopen, vlakbij de branding, langs de zee. Niet iedere dag hoor, maar één of twee keer per maand is al goed. Het niet te vaak te doen houdt het juist bijzonder. Ik zou ooit wel een tijdje willen wonen in een oude, romantische vuurtoren; ergens aan de Grote Oceaan bijvoorbeeld. Waar mijn vuurtoren dan omringd zou zijn door huizenhoge golven, maar uiteindelijk zou de vloed weer veranderen in eb en zou ik veilig en tevreden kunnen gaan slapen. De volgende ochtend zou ik dan gaan hardlopen, vele verloren kilometers lang. Luisterend naar de lokroep van de zee, de echo van de mysterieuze zeemeerminnen en het gekrijs van de meeuwen; gekrijs dat door merg en been gaat, maar ook bij het strand en de zee hoort. Ik prijs mijzelf gelukkig als ik daar loop. Op dat soort momenten, tijdens mijn 25km trainingen, wens ik nergens anders ter wereld te zijn dan aan zee!

Blog Overzicht